|
de post, bracht me een brief |
|
waarin jij aan me vroeg: laat me weer vrij zijn aub |
|
t viel niet mee, het was een klap |
|
terug naar wat ik vroeger deed |
|
kon ik weer alleen op stap |
|
zwaaien en zwieren tot laat in de kroeg |
|
soms tot na vieren |
|
vrouwen genoeg |
|
want ik dacht dat het uit was |
|
het is echt voorbij |
|
is er nu echt geen weg terug voor jou en mij |
|
want ik dacht dat het uit was |
|
dat heb ik gedaan |
|
je hoort niet meer bij me |
|
nu zie jij me niet meer staan |
|
zoals je ging, kwam jij weer terug |
|
je zei: kmoest er even uit, want het ging me veel te vlug |
|
maar dat jij nooit, nooit hebt gevoelt |
|
dat ik jou verlaten zou, had ik echt niet zo bedoelt |
|
een traan in je ogen |
|
een hart vol van spijt |
|
zo stonden we buiten |
|
ja jij wilde me kwijt |
|
want ik dacht dat het uit was |
|
het is echt voorbij |
|
is er nu echt geen weg terug voor jou en mij |
|
want ik dacht dat het uit was |
|
dat heb ik gedaan |
|
je hoort niet meer bij me |
|
nu zie jij me niet meer staan |
|
ik zeg je heel eerlijk |
|
jij was nummer 1 |
|
maar sinds een paar weken |
|
ben ik niet meer alleen |
|
ik ontmoette een meisje |
|
met een hartje van goud |
|
die me alles wil geven en veel van mij houd |
|
want ik dacht dat het uit was |
|
het is echt voorbij |
|
is er nu echt geen weg terug voor jou en mij |
|
want ik dacht dat het uit was |
|
dat heb ik gedaan |
|
je hoort niet meer bij me |
|
nu zie jij me niet meer staan |
|
je hoort niet meer bij me |
|
nu zie jij me niet meer staan |