|
Lange haren, mooie ogen |
|
Lieve woorden, om van te dromen |
|
Maar ik weet niet wat het is |
|
Het lijkt of ze iets mist |
|
Mooie glimlach, witte tanden |
|
Lieve kuiltjes, zachte handen |
|
Die verstijfd zijn van de kou |
|
Ik mis de warmte als bij jou |
|
Alles wat ze zegt het lijkt echt als oprechte betrokkenheid |
|
En alles wat ze doet, doet ze goed en voelt zo vertrouwd |
|
Maar als ik nou wat zeg is het net een gevecht met onzekerheid |
|
Ze lijkt perfect, ze lijkt de ware vrouw |
|
Maar ze lijkt net niet op jou |
|
Al die dromen, worden waarheid |
|
Als je luistert, met ziel en zaligheid |
|
Vertelt ze haar verhaal |
|
Maar in een heel andere taal |
|
Ze lijkt, onweerstaanbaar |
|
Ze lijkt, onbereikbaar |
|
Ze lijkt, onaantastbaar |
|
Ze lijkt, te mooi om waar te zijn |
|
Maar het liefst waarvan ik hou |
|
Want ze lijkt net niet op jou |
|
Ze maakt het koude warm |
|
Ze maakt november mei |
|
Ze maakt het droevige blij |
|
Zij recht mijn kromme rug |
|
Maar brengt jou niet terug |
|
Alles wat ze zegt het lijkt echt als oprechte betrokkenheid |
|
En alles wat ze doet, doet ze goed en voelt zo vertrouwd |
|
Maar als ik nou wat zeg is het net een gevecht met onzekerheid |
|
Ze lijkt perfect, ze lijkt de ware vrouw |
|
Maar ze lijkt net niet op jou |
|
Lange haren, mooie ogen |
|
Lieve woorden, om van te dromen |
|
Maar ik weet niet wat het is |
|
Het lijkt alsof ze iets mist |
|
Want alles wat ze zegt het lijkt echt als oprechte betrokkenheid |
|
En alles wat ze doet, doet ze goed en voelt zo vertrouwd |
|
Maar als ik nou wat zeg is het net een gevecht met onzekerheid |
|
Ze lijkt perfect, ze lijkt de ware vrouw |
|
Ze lijkt net niet op jou |